Gezond doorwerken tot het pensioen

Help de werknemer zich jong te voelen met gezond doorwerken tot het pensioen

Met de stijgende pensioenleeftijd en de krapte op de arbeidsmarkt is het in het belang van zowel werkgevers als werknemers om gezamenlijk het beste beentje voor te zetten. Zo kunnen we gezond doorwerken tot het pensioen. Maar waar te beginnen? In dit eerste artikel in een serie van twee leest u over het proces van meting en diagnose van de duurzame inzetbaarheid binnen uw organisatie.

De levensverwachting in Nederland blijft stijgen. Tussen 2012 en 2019 met gemiddeld 2 maanden per jaar, en in 2019 zelfs met bijna 4 maanden (CBS). Mede hierom stijgt ook de pensioenleeftijd. Tot welke leeftijd starters op de arbeidsmarkt door moeten werken, staat nog in de sterren geschreven. Dat er beleid nodig is om te zorgen dat deze mensen – en iedereen die langer door zal moeten dan gedacht – hiertoe in staat zullen zijn, is duidelijk!

Het declareren van een sportschool abonnement

Elke organisatie is anders: Andere werkzaamheden, andere personeelsopbouw, andere voorkeuren. De mogelijkheid om het sportschool abonnement te declareren is nog steeds één van de meest gebruikte regelingen voor duurbare inzetbaarheid. Bij doorvragen blijkt dat men meestal niet weet of deze regeling iets oplevert. Sterker: hoewel een sportschool abonnement met de juiste intenties wordt aangeboden, heeft men meestal niet vastgelegd wat het beoogde resultaat ervan moet zijn. Toch kost elk abonnement geld dat uw organisatie maar één keer kan besteden.

Wanneer u zo’n budget op de juiste manier wilt inzetten, wilt u weten waar u de meeste vooruitgang kunt behalen. Het start bij een goede meting van de huidige situatie van de werknemers. Duurzame inzetbaarheid is meer dan gezondheid. Het betreft ook de mate waarin iemand inzetbaar is op de arbeidsmarkt door voldoende kennis en opleiding (employability), en in hoeverre de werksituatie aansluit op de privé-situatie (werkvermogen). Ook voor gezondheid (vitaliteit) is het aan te raden om inzicht te hebben in de uitgangssituatie en de risico’s op de lange termijn. Er spelen dus vele factoren mee, die vragen om een volledig overzicht om de juiste conclusies te trekken. Maar hoe dan?

Gezond doorwerken met een periodiek onderzoek

Dat kan met een arbeidsgezondheidskundig onderzoek. En dan periodiek. Wat periodiek is, staat verder niet omschreven. Ook staat nergens omschreven hoe actief een organisatie werknemers ‘in de gelegenheid moet stellen’ het onderzoek te ondergaan. En er is ook over te discussiëren of ‘die de arbeid met zich brengt’ betekent dat het alleen gaat om de risico’s die gerelateerd zijn aan de werkzaamheden, of dat het álle risico’s betreft die er zijn als je de arbeid op korte en lange termijn op een goede manier voort wilt zetten. Juridisch is er dus veel vrijheid om aan de Arbowet te voldoen.

Het periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek heeft lang bekendgestaan als het PAGO. Dit is een keuring om dreigende of veroorzaakte gezondheidsschade op te sporen door risico’s in verband met de arbeidsplaats. Dit betreft voornamelijk fysieke schade. Het is goed om hier als werkgever inzicht in te hebben, omdat daar de inzet van de betrokken werknemer op kan worden aangepast. Ergens is het ook mosterd na de maaltijd. Het is namelijk de vraag of de gezondheidsschade voorkomen had kunnen worden. Wellicht door anders te meten en daar actie op te ondernemen.

Maak beleid door middel van meetmomenten

Preventief Medisch Onderzoek (PMO) is de uitgebreide versie van het PAGO, waarin ook diverse andere aspecten van gezondheid onder de loep worden genomen. Naast de fysieke keuring van onderdelen die belast worden door het werk kijkt men naar algemene fysieke kenmerken. Daarnaast is een vragenlijst over de levensstijl en de geestelijke en fysieke gezondheid een vast onderdeel van het PMO.

Op deze manier ontstaat een beeld van de gezondheid op geestelijk en fysiek vlak, zowel op het meetmoment als op de lange termijn, in de vorm van een verwachting. Uw organisatie kan een PMO aanpassen aan de eigen situatie, net zoals dat met het PAGO kan. Op basis van een eerdere RI&E wordt er gekozen voor specifieke lichamelijke onderzoeken en wordt er gevraagd naar specifieke aspecten van geestelijke belasting en gezondheid. De beleving van de mogelijkheden om arbeidstijden flexibel in te delen of thuis te werken, geven inzicht in het werkvermogen. Inzicht in BRAVO (Beweging, Roken, Alcohol, Voeding en Ontspanning) geeft kennis over de bevordering van vitaliteit.

Deelname aan het onderzoek stimuleren

Een succesvol PMO hangt af van het aantal deelnemers. Wanneer u op zoek bent naar zoveel mogelijk informatie om uw arbobeleid op af te stemmen, wilt u deelname hieraan stimuleren. U wilt ook de uitschieters of de minder gezonde mensen onderdeel laten zijn van uw onderzoek. Naast de inhoud is dus ook de communicatie hierover van belang. Natuurlijk neemt u angsten weg die bij de deelnemers kunnen leven, zoals dat de resultaten gedeeld worden met de werkgever of dat de uitslag persoonlijke consequenties kan hebben. Hier kan de OR een rol in spelen door dit te benadrukken.

De uiteindelijke resultaten van al dit voorwerk bieden een stabiele basis om beleid op te maken. De resultaten kunt u afzetten tegen bepaalde normwaarden. Dit kan door te vergelijken met gemiddelden uit een algemene populatie. U kunt kunt ook geselecteerde groepen binnen de branche gebruiken of groepen met specifieke demografische kenmerken zoals leeftijd of geslacht. Ook kunt u de resultaten van organisatieonderdelen onderling met elkaar vergelijken. Om te kunnen bepalen of dit beleid aanslaat en de gehoopte resultaten oplevert, zijn opvolgende metingen noodzakelijk. Periodiek dus. Verschillende instanties adviseren eens per 2 à 3 jaar. U kunt dan de effectiviteit meten en er uw verbeteringen op baseren. Zo zijn niet alleen de werknemers maar ook uw beleid duurzaam en vitaal!

Gezond doorwerken: Artikel 18 van de Arbowet

Arbeidsgezondheidskundig onderzoek: ‘De werkgever stelt de werknemers periodiek in de gelegenheid een onderzoek te ondergaan, dat erop is gericht de risico’s die de arbeid voor de gezondheid van de werknemers met zich brengt zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken.’

PMO samen met de OR op de kaart krijgen

De RI&E gaat in op de risico’s op het werk. Dit zijn directe risico’s die horen bij de werkzaamheden. Ook worden gebreken in het proces rond arbeidsomstandigheden hierin steeds vaker beschreven. Het ontbreken van een periodiek PMO en de bijbehorende resultaten geeft kans op minder passend beleid. Daardoor verhoogt het risico op allerlei klachten. Dat op basis van deze constatering het aanbieden van een periodiek PMO in het Plan van Aanpak (PVA) wordt opgenomen is geen uitzondering meer.

Verplichte instemming op voorwaarde van opname PMO

Ook ondernemingsraden zetten vaak
in op een PMO en geven de verplichte instemming op de RI&E en PVA op voorwaarde dat een PMO hierin opgenomen is. Trek hierin dus samen op!

Peter Reinerink is Trainer & Adviseur mede- zeggenschap, ARBO en duurzame Inzetbaarheid bij TRAINIAC, peter@trainiac.nl

 

 

 

 

 

Wil je als nieuwe OR gelijk een goede start maken? Of ga je een OR oprichten?
Wij helpen je graag verder!

Contact
TRAINIAC